Genoeg en kwalitatief goed water is belangrijk om bovengemiddelde resultaten te behalen met uw vleeskuikenouderdieren. Water is de eerste levensbehoefte en overigens een groot bestandsdeel van een ei.
Aanvoercapaciteit van water
Voldoende aanvoercapaciteit is belangrijk om er voor te zorgen dat alle vleeskuikenouderdieren genoeg water kunnen opnemen. Ook tijdens de piekopname moet dit toereikend zijn. De piekopname is het hoogst tijdens, tot een paar uur na het voeren. De aanvoercapaciteit zou u van begin tot eind van de ronde regelmatig moeten checken. Een jong koppel moederdieren komt met een waterbehoefte van +/- 180/ 200 ml per dier per dag uit de opfok. In 6 weken tijd loopt deze waterbehoefte op naar 300/ 330 ml per dier per dag. Als u bij ontvangst van een koppel constateert dat er voldoende aanvoer is zou dat 6 weken later dus anders kunnen zijn. Ook zou de aanvoer, door verstopte filters of iets dergelijks gedurende de ronde kunnen afnemen.
Een vuistregel om te kunnen beoordelen of de aanvoercapaciteit voldoende is, is dat de vleeskuikenouderdieren het aantal gevoerde kilogrammen aan liters water moeten hebben opgenomen wanneer de dieren het voer op gegeten hebben. Ook zou u regelmatig, om het half uur, de waterstand van elke stal kunnen noteren tot een aantal uur na het voeren. Op deze manier kunt u zien wanneer de dieren het meeste water opnemen en of er opmerkelijke waarnemingen zijn. Een praktische manier om te checken of de vleeskuikenouderdieren voldoende water binnen gekregen hebben is om de kroppen te voelen.
Mocht de aanvoercapaciteit van water een kritische factor zijn bij uw bedrijf zou het plaatsen van een voorraadvat een oplossing kunnen zijn.
Drinkwatersystemen
In de praktijk zien we voornamelijk ronddrinkers en nippelsystemen om de vleeskuikenouderdieren te voorzien van water. Het juist afstellen van deze drinksystemen is belangrijk, vooral nu de hennen een onbehandelde snavel hebben. Ook adviseren wij om voldoende drinkgelegenheden te installeren. Dit om concurrentie en onrust rondom het watersysteem te beperken. De verdeling van het water speelt hierbij ook een belangrijk rol. U kunt dit beoordelen met de volgende vuistregel: het water moet eerder achter in de stal zijn dan dat u zelf naar achter kunt lopen.
Doordat de hennen nu onbehandelde snavels hebben, kunnen ze minder goed met de snavel over de bodem van de ronddrinker schrapen. Het waterniveau zal iets hoger afgesteld moeten worden zodat ze gemakkelijker en sneller het water kunnen opnemen. Een handige vuistregel om de ronddrinkers af te stellen is om een nageldiepte water in uw ronddrinkers te hebben staan, zoals u op de foto hiernaast kunt zien.
Voor een nippelsysteem is het belangrijk dat er voldoende druk op de leiding blijft staan. Dit kunt u controleren door de kraan achter de nippelleiding open te draaien. Wanneer er volop gedronken wordt, moet er nog een straaltje water achter uitkomen. De nippelleiding vereist ook extra aandacht nu de kippen onbehandelde snavels hebben. De ideale drinkhoogte van de nippel is namelijk iets lager dan de ideale drinkhoogte van dieren met een behandelde snavel. Dit komt doordat de dieren met onbehandelde snavel minder goed met de punt van hun bek kunnen drinken.
Waterkwaliteit
Drinkwater van voldoende tot goede kwaliteit voldoet aan de kwaliteitseisen in onderstaande tabel. Wateronderzoek kan in verschillende onderzoeksinstellingen uitgevoerd worden. Zo ziet u niet alleen hoe het met uw drinkwater is gesteld, maar ook of reinigingsmethoden aangeslagen zijn. Ons advies is om elk kwartaal een wateronderzoek uit te laten voeren.
| Kwaliteitseisen | Waarde |
| Smakelijkheid | Goede opname |
| Afwezigheid residuen | Geen antibiotica, zuur, vit., etc. |
| Zuurgraad (pH) | > pH 5 – pH 8 < |
| Hardheid | > 4° D – 15° D < |
| Mineralen | Soort afhankelijk |
| Gisten/ schimmels | < 10.000 Kve*/ml |
| E. Coli | < 100 Kve/ml |
| Kiemgetal | < 10.000 Kve/ml |
* Kve = Kolonie vormende eenheden.
Meer weten over waterverstrekking bij vleeskuikenouderdieren?
Klik op onderstaande button en vraag de door u gewenste brochure(s) of een gesprek met één van onze pluimveespecialisten aan.