Wij vinden het belangrijk om het toenemend en wisselend beeld van E.Coli onder uw aandacht brengen en willen de aandacht vestigen op preventie van coli richting de opfok o.a. door een entschema.
E.Coli
E.Coli is een normale darmbewoner waarvan de meeste niet schadelijk zijn. Er zijn meer dan 12.000 serotypen. Toch kan E. Coli verhoogde uitval veroorzaken in de vermeerderingssector en in mindere mate in de opfok vermeerdering. E.Coli is over het algemeen gastheer specifiek. Dit betekent dat het type dat bij pluimvee problemen veroorzaakt, problemen veroorzaakt bij mensen of andere diersoorten. Om een juist entschema samen te stellen richting de vaccinatie van E.Coli is het van belang om een aantal basisgegevens boven water te krijgen, zoals welke mogelijkheden er zijn richting vaccinatie in de opfokperiode.
Wij zetten de mogelijkheden voor u op een rij:
Poulvac E.Coli
Poulvac E.Coli Is een vaccin dat wordt gebruikt bij kippen en kalkoenen voor actieve immunisatie tegen een coli-infectie die wordt veroorzaakt door Escherichia coli serotype O78. Het vaccin is bedoeld voor gebruik bij (toekomstige) leg- of fokdieren, vleeskuikens en kalkoenen, en helpt letsels en sterfte als gevolg van de infectie te beperken. Het vaccin bevat de levende bacterie type O78, waaruit een gen is verwijderd. Poulvac E.Coli is beschikbaar in de vorm van een gevriesdroogd poeder en wordt door middel van grove sprayvaccinatie toegediend. Voor een volledige bescherming dient de spray enting drie maal uitgevoerd te worden.
E.Coli bedrijfsvaccin
E.Coli bedrijfsvaccin is een vaccin dat bedrijfsspecifiek is gemaakt. Deze enting wordt geadviseerd wanneer in een voorgaand koppel hoge uitval ten gevolge van buikvliesontsteking door E.Coli is geconstateerd. Op het moment van de verhoogde uitval dient men coli uit het beenmerg te kweken en de juiste colistam(men) te typeren. Na het kweken van de te gebruiken stammen kan een commercieel vaccin of een stalvaccin gemaakt worden. Dit wordt met een tussenperiode van zes weken twee maal geïnjecteerd. De Laatste enting moet minimaal twee weken voor de productie gebeuren. Het specifieke bedrijfsvaccin is en dode entstof.
Wat zien we in de praktijk?
In de praktijk zien we een grote variatie in de entschema’s voor wat betreft E.Coli. Er is ook moeilijk advies in te geven. Op de eerste plaats geldt ‘wat goed is, moet niet veranderd worden’. Dit betekent dat als de coli uitval laag is in een vermeerderingskoppel, is het advies om in het entschema richting opfok weinig of niets te veranderen. Indien we wel verhoogde uitval van coli aantreffen in een vermeerderingskoppel is het van belang om stalen te nemen van beenmerg en coli te kweken in een laboratorium. Met deze informatie zou samen met de dierenarts en pluimveespecialist een passend advies gemaakt moeten worden voor een komend opfokkoppel. Als ABZ Diervoeding denken wij natuurlijk graag samen met uw dierenarts mee om zo een zo goed mogelijk entschema samen te stellen. Gezamenlijk moeten we proberen de uitval (van coli) zoveel mogelijk terug te dringen, zonder of met zo min mogelijk medicatie. Dit geldt voor zowel opfok als vermeerdering.
Heeft u vragen over het terugdringen van E.Coli?
Neem dan contact op met uw specialist vleespluimvee.