Ziet u ook wel eens lichte, vettige diarree in de kraamstal? Met name in de tweede en derde levensweek? Dan is er waarschijnlijk sprake van ‘vetdiarree’ en die kan verschillende oorzaken hebben. Vrijwel altijd is groeivertraging het gevolg.
Vetdiarree
Wanneer biggen last hebben van vetdiarree bevat de mest te veel vet en is er dus sprake van een verstoorde vetvertering in de dunne darm. De textuur van de mest is meestal stopverfachtig en de kleur varieert van grijsgroen/ wit tot gelig en is vrijwel nooit bloederig. De mest is zurig met een pH van 4 tot 5, in tegenstelling tot diarree veroorzaakt door E. Coli dat een pH hoger dan 7 heeft. In een afdeling met zieke biggen hangt een typische lucht van verzuurde melk.
Over het algemeen worden de eerste verschijnselen pas ná de eerste levensweek zichtbaar. Met de sterfte blijkt het nog wel mee te vallen, maar de biggen zijn vies en grauw en de groei valt tegen. Dit zal de uniformiteit van de koppel niet ten goede komen, zo zal bij het spenen blijken.
Conditieverlies zeug
In de praktijk lijkt het voorkomen van vetdiarree samen te hangen met conditieverlies bij de lacterende zeug. Want bij een te lage voeropname in de kraamstal – met name in de zomerperiode – zal de zeug haar spekreserves moeten aanspreken waardoor de vetsamenstelling van de melk iets verandert. Dit kan mogelijk leiden tot een verminderde vetvertering bij de biggen, zeker als de darmgezondheid onder druk staat. Maar vaak is er meer aan de hand.
Coccidiose
In de meeste gevallen is coccidiose (door Cystoisospora suis, voorheen Isospora suis) de boosdoener. Deze ziekmaker blijkt op de meeste varkensbedrijven voor te komen en in sommige gevallen tot een diarree-uitbraak te leiden. Behandeling met coccidiostatica geeft in de praktijk meestal een goed resultaat. Vaak spelen daarnaast ook virussen een rol, zo geven Deense onderzoekers aan, zoals rota- of coronavirussen of PED. Praktijkervaring leert dat bij dunne mest aan het einde van de kraamperiode vaak het rota-virus aangetoond kan worden. De diarree kan dus ook goed een andere oorzaak of oorzaken hebben.
Aan de andere kant kan het zo zijn dat biggen die besmet zijn met coccidiën geen afwijkende mest vertonen. Waarschijnlijk treedt alleen diarree op als de besmettingsgraad hoog genoeg is. Toch zal de parasiet altijd voor darmschade en dus groeivertraging en een verminderde weerstand zorgen. Biggen zijn daardoor automatisch vatbaarder voor andere ziekten. Daarbij komt dat de zomer een risicovolle periode is omdat een hogere temperatuur zorgt dat de oöcysten (eitjes van de parasiet) snel vermeerderen waardoor de besmettingsdruk hoger ligt.
Aanpak coccidiose
De levenscyclus van coccidiën begint bij het uitscheiden van de onvolwassen eitjes door de zeug. De zeugen zelf zijn immuun en vertonen geen ziekteverschijnselen. Gelten zijn wel een punt van aandacht, omdat die nog weerstand moeten opbouwen en daardoor een extra bron van besmetting zijn. In een warme, vochtige omgeving (kraamstal) ontwikkelen de eitjes zich vervolgens tot besmettelijke, zich vermeerderende oöcysten die zelfs op een roostervloer wel een jaar infectieus kunnen blijven.
Allereerst is het goed om in overleg met de dierenarts regelmatig monsters te nemen om de werkelijke boosdoeners in beeld te brengen. Is er inderdaad sprake van coccidiose, dan zijn extra hygiëne en grondig reinigen en ontsmetten van kraamstallen van groot belang. Uit proeven blijkt dat reinigen met een hogedrukspuit alleen weinig zoden aan de dijk zet. Daarna moet u aan de slag met stoom, brander en/ of een middel gebaseerd op de chemische stof cresol om de oöcysten te doden.
Behandeling van biggen met het coccidiostaticum toltrazuril is over het algemeen erg effectief. Uit onderzoek van de Universiteit van Wenen blijkt dat behandelen binnen de eerste drie levensdagen van de big aanzienlijk effectiever is dan eenzelfde behandeling op een later tijdstip. Kies altijd in overleg met de dierenarts wat in uw situatie de juiste aanpak is.
Dynamo voeren ondersteunt
Prelacto Fit XXL
Met Dynamo voeren hebben we voer voor elk dier, passend bij de fase van het dier en afgestemd op uw bedrijfssituatie. Zo hebben voor de fase rondom werpen de Prelacto Fit XXL ontwikkeld voor ‘gezonde’ en smeuïge zeugenmest en om het werpproces soepel te laten verlopen. Steeds meer zeugenhouders zetten Prelacto Fit XXL rondom werpen in omdat biggen na de geboorte meteen met zeugenmest in aanraking kunnen komen. Hiermee zorgen we voor vitale biggen bij de geboorte die tegen een stootje kunnen.
Lactokorrel Subliem Zomer
De Lactokorrel Subliem Zomer helpt zeugen hun conditie te behouden tijdens de lactatie, vooral in warme periodes. Dit is gunstig bij vetdiarree. Bovendien profiteert de vruchtbaarheid, want als eicellen tijdens de lactatieperiode goed kunnen rijpen en innestelen, zal dit de uniformiteit en vitaliteit van de volgende toom ten goede komen. Een goede conditie vermindert ook het aantal terugkomers en najaarsverwerpers.
De Lactokorrel Subliem Zomer is speciaal samengesteld om minder warmte te produceren, zodat de voeropname zoveel mogelijk op peil blijft. Het zorgt er ook voor dat zeugen zelfs bij een lagere voeropname tóch veel energie binnenkrijgen. Bovendien helpen speciale additieven en vitaminen de gevolgen van hittestress te verminderen en ondersteunen ze de weerstand van zowel de zeugen als hun biggen.
Biggenmuesli
Zijn de biggen wat ouder, dan worden ze bij voorkeur bijgevoerd om te leren vreten en leren verteren. Met Dynamo voeren voor biggen gebruiken we innovatieve oplossingen om nog een stapje extra te doen. Zo blijkt in de praktijk en uit proeven dat de ABZ Biggenmuesli de opname van vast voer door jonge biggen kan stimuleren. De verschillende typen gezonde vezels in de Biggenmuesli helpen bij de ontwikkeling van gezonde, robuuste darmen.
Vetdiarree: tot slot
Op de meeste vermeerderingsbedrijven kan coccidiose aangetoond worden en speelt deze een rol in geval van vetdiarree. Naast managementmaatregelen, zoals extra hygiëne en ontsmetten, kunnen we met Dynamo voeren helpen het risico op diarree te verlagen. Enerzijds door de afweer en darmgezondheid van de zeug en te ondersteunen, anderzijds door het werpproces en de melkproductie te stimuleren. Uiteindelijk is geen enkel bedrijf hetzelfde en is maatwerk en deskundig advies in uw situatie van belang. Met onze producten en adviezen willen we hieraan bijdragen door deze aan te passen aan uw situatie. Bij ABZ noemen we dit ‘Het beste dichtbij’.
Voor meer informatie kunt u altijd contact opnemen met één van onze varkensspecialisten. Zij helpen u graag!
Contact team varkens >