Obstipatie, oftewel verstopping, ligt bij zeugen nog altijd op de loer. Met alle gevolgen van dien. Lees hier meer over hoe obstipatie ontstaat en op welke manieren ABZ dit probleem helpt voorkomen.
Hoe de dikke darm werkt
Een verstopping van de darm – obstipatie – is te herkennen aan té keutelige mest. Maar hoe ontstaat zoiets? Daarvoor is het eerst belangrijk om te weten hoe de dikke darm werkt. Een aantal uren na de vreetbeurt komt de voedselbrij vanuit de dunne darm in de dikke darm terecht. De meeste voedingsstoffen, zoals vitaminen, mineralen, eiwitten, vetten, zetmeel en suikers zijn dan al verteerd en opgenomen in het bloed. Wat er over blijft is een waterige mix van niet-verteerbare vezels. Aan de dikke darm de taak om het overgebleven water op te nemen en de vezels nog zoveel mogelijk te benutten. Dit gebeurt door middel van fermentatie.
Wat als het mis gaat
Bevat het voer niet genoeg vezels, dan heeft de dikke darm niet veel te doen en vertragen de peristaltische (knijpende) bewegingen: de dikke darm komt stil te liggen en daarmee de aanwezige voedselresten. Obstipatie is een feit. De dikke darm heeft nu alle tijd om water te onttrekken, waardoor de mest kurkdroog wordt. Ondertussen krijgen de aanwezige darmbacteriën vrij spel om zich te vermeerderen. En dan vooral de slechte, zoals E. Coli en Clostridium. Daarnaast kan een stilstaande, ‘lekke’ darm ervoor zorgen dat gifstoffen en endotoxinen (deeltjes van bacteriën) in het bloed komen en de zeug ziek maken. Jacco Vessies, nutritionist bij ABZ: ‘Obstipatie kan voor veel problemen zorgen. Een niet-fitte zeug zal langer over het werpen doen en het percentage doodgeboren biggen kan oplopen. Zeker bij een moderne, hoogproductieve en vleestypische zeugenstapel.’
Hoe kunnen we dit voorkomen?
Door voldoende vezels in het voer op te nemen kunnen we de dikke darm actief houden. Vezels prikkelen de darm en houden vocht vast. Bovendien zorgen ze ervoor dat er gedurende de hele dag energie geleverd wordt: belangrijk rondom het werpen en tijdens melkproductie. Bij ABZ combineren we verschillende typen vezels die op alle plekken in de darm voor een gezonde peristaltiek zorgen. Maar dat is niet alles. Via speciale productietechnieken zorgen we ervoor dat de vezels tijdens het maken van de korrel niet kapot gemaakt worden en ook echt op de juiste plek in de darmen terecht komen.
Vessies: ‘Door de specifieke samenstelling kunnen onze Dynamo zeugenvoeders ook rondom het werpen op een hoog voerniveau doorgevoerd worden, zonder stuwing op het uier. Zo houden we de darmen in beweging. Onze voeders voorkomen niet alleen dat obstipatie optreedt, maar zorgen er ook voor dat de darmflora gezond blijft. Het resultaat: smeuïge, gezonde mest. Aangezien biggen na de geboorte met de neus in de mest van de moeder terecht komen, krijgen ze meteen een goede start. De kans op sterfte en geboortediarree neemt daarmee af.’