Na 4 maanden van data verzamelen en analyseren zal ik de belangrijkste uitkomsten met jullie delen.
SINS op de zolen van pasgeboren big, de verkleuring aan de rand van de hoef is SINS.
Wat is SINS?
SINS staat voor ‘Swine Inflammation and Necrosis Syndrome’, wat letterlijk vertaald ’ontstekings- en necrosesyndroom bij varkens’ betekent. Dit syndroom wordt gekenmerkt door ontstekingen van binnenuit die zorgen voor een verminderde doorbloeding in de puntjes van het dier, zoals de staart, maar het kan ook aanwezig zijn in oren, spenen, klauwen, kroonranden, hielen en zolen. Ze zijn vaak al bij de geboorte aanwezig.
Die ontstekinkjes veroorzaken irritatie en jeuk, wat voor biggen een aanleiding kan zijn om zich te laten bijten. Ook kunnen ze juist andere biggen gaan bijten omdat ze zich onprettig voelen.
Wat zijn oorzaken?
De factoren die invloed kunnen hebben op SINS bij biggen zijn voornamelijk de omstandigheden tijdens de dracht en rondom het werpen. SINS ontstaat wanneer het immuunsysteem en ontstekingsreacties in de zeug worden aangewakkerd. Verschillende factoren kunnen daaraan bijdragen, zoals:
- een te lage watergift in de dracht
- te harde mest rondom werpen (obstipatie)
- te weinig vezels in het voer
- (hitte)stress
- mycotoxinen in het stro of voer
- problemen met beenwerk of klauwen
- een negatieve energiebalans aan het einde van de dracht
- spierafbraak als gevolg van te weinig vetreserves
- hoge infectiedruk
- endotoxinen
- genetica
Het onderzoek
Omdat nog veel onduidelijk is over de oorzaken van SINS, heb ik tijdens mijn stage gekeken naar het verband tussen SINS en omstandigheden tijdens de dracht. Daarvoor heb ik tussen november 2024 en maart 2025 21 praktijkbedrijven in Midden- en Zuid-Nederland in kaart gebracht. Deze bedrijven hadden tussen de 220 en 1700 zeugen en beschikten over hun eigen gespeende biggen. Van de 21 bedrijven voerden er 13 van ABZ Diervoeding. Van ieder bedrijf heb ik klimaat, huisvesting, voer, water, mest, genetica en SINS in kaart gebracht.
Resultaten
Doordat er veel factoren een rol spelen bij het ontstaan van SINS, was het moeilijk een duidelijk verband te vinden. Daarom heb ik de resultaten gecorrigeerd voor bedrijfsspecifieke omstandigheden, zodat ze beter vergelijkbaar zijn. De gegevens zijn statistisch getoetst.
Uit de resultaten van mijn onderzoek blijkt het volgende:
- Gemiddeld had 72% van de pasgeboren biggen SINS.
- Hoe hoger de temperatuur en het CO2-gehalte tijdens de dracht, hoe meer biggen met SINS. Het is bekend dat zeugen niet van hoge temperaturen houden.
- Hoe vaster en droger de mest tijdens de dracht en rondom werpen, hoe meer biggen met SINS.
- Een toxinebinders of een product ter ondersteuning van darmgezondheid in het drachtvoer leidde tot minder SINS. Vanwege de kleine aantallen in dit onderzoek, kan dit mogelijk ook toeval zijn.
- Hoe hoger de pH van het drinkwater, hoe meer biggen met SINS.
- Bedrijven met een strobed in de drachtstal hadden minder SINS. Dit is opvallend, omdat een strobed soms wat mycotoxines bevat, wat juist tot meer SINS kan leiden. Mogelijk is meer rust in deze stallen een verklaring.



Conclusie
SINS komt in de praktijk bij relatief veel biggen voor en kan leiden tot bijtgedrag bij biggen. De oorzaak ligt vaak al bij de zeug tijdens de dracht, dat blijkt ook uit ons praktijkonderzoek. Hoe beter de omstandigheden (watergift en kwaliteit, temperatuur, CO2-gehalte, mestkwaliteit, strobed, voerkwaliteit) hoe minder biggen met SINS.
- Lees hier > meer over de oorzaken, praktijkonderzoek en aanpak van SINS.Wilt u meer weten over de aanpak van SINS, neem dan contact op met één van onze varkensspecialisten (link).
Wilt u meer weten over de aanpak van SINS, neem dan contact op met één van onze uw varkensspecialisten.