Een hogere groei, wat levert dat op?

Elke vleesvarkenshouder heeft bepaalde wensen, maar voor allemaal geldt dat er rendement onder aan de streep moet zijn. Dit kan door op verschillende punten de focus te leggen. Lagere voerkosten bijvoorbeeld. Dit zorgt meteen voor besparingen. Maar verbeteren van technisch resultaat kan ook veel opleveren. Misschien nog wel meer. Daarom de vraag, wat levert extra groei op?

De laatste jaren is de groei van vleesvarkens behoorlijk gestegen. Verschillende oorzaken liggen hieraan ten grondslag. Verbetering in genetisch potentieel komt de laatste jaren tot uiting. Ook wel deels genetisch bepaald is de voeropname bij vleesvarkens. De huidige varkens kunnen veel voer opnemen, en als ze dit goed verteren door de juiste vezels op te nemen, kunnen ze dit voer goed omzetten in groei. Maar ook de kwaliteit van biggen, drinkwater en klimaat spelen een belangrijke rol. Allemaal onderwerpen die steeds op een hoger niveau komen te liggen.

Waar ligt de focus?

Een groei van boven de 1000 gram is al geen uitzondering meer. Sommige bedrijven gaan al richting de 1100. Toch zien we dat de spreiding groot is en dat de gemiddelde groei in Nederland een stuk onder de 1000 gram zit. Dit hoeft overigens niet verkeerd te zijn, soms ligt de focus bijvoorbeeld meer op lagere voerkosten.

Hogere groei voor hogere opbrengsten

Toch kan focus op een hogere groei extra rendement opleveren. Met de ABZ Dynamo Scan brengen we in beeld wat er gebeurt als we 100 gram meer groei realiseren. Van 950 naar 1050 gram per dag. Bij het afleveren op 102 kg, zorgt dit voor 0,36 extra rondjes op jaarbasis, en dus meer verkochte vleesvarkens. Voor een bedrijf met 5000 plaatsen zorgt dit voor € 292.000 extra vleesopbrengsten.

€ 10,- meer voerwinst

Toch is het niet allemaal winst. Meer rondjes, betekenen ook meer biggen. Voor dit voorbeeld met 5000 plaatsen, zijn dat toch 1600 biggen extra. Meer varkens en meer groei, betekent ook meer voer. Toch zorgt alleen het effect van meer rondjes al voor € 10,- meer voerwinst per gavv. De scherpe lezer zal dan meteen wijzen naar extra mestkosten, en terecht! Door meer varkens en meer voer, gaat immers meer dan de helft van dit tientje verloren. Daarmee blijft er uiteindelijk € 4,- over per plaatst. Voor dit bedrijf een € 20.000,-.

Maar er is meer

In dit voorbeeld gingen we uit van een gelijkblijvende voederconversie. Elke kg groei, moet er immers toch aangevoerd worden. Maar de voederconversie in de startfase is veel scherper dan aan het eind. Bij een gemiddelde voederconversie van 2,4 heeft het big bij opleg maar 1,6 kg voer nodig voor 1 kg groei. Terwijl een zwaar varken voor afleveren al op 3,2 kg voer zit, voor dezelfde kg groei. Harder laten groeien, zeker in de jeugdfase, en daardoor eerder afleveren, bespaart de minder efficiënte groei aan het eind. Een hogere groei, zal dus voerefficiëntie opleveren. In dit geval, 10 dagen eerder afleveren, kan zo 8 kg onderhoudsvoer besparen. Dat is op een heel rondje bijna 0,1 punt voederconversie.

Netto voordeel

Rekenen we het voordeel op voederconversie mee. Dan kan 100 gram extra groei al € 22,- per gavv opleveren. Of te wel, € 18,- netto voordeel na aftrek van de hogere mestkosten. Bij dit bedrijf met 5000 varkens een € 90.000 euro.

Wat kost groei?

Groei komt niet voor niks. Wat er op uw bedrijf voor nodig is, is bepalend wat bij u de beperkende factor is. Soms kunnen dit simpele aanpassingen zijn in klimaat of werken aan een hogere gezondheid. Wat betreft voer geldt dat een hogere opname, vaak ten goede komt aan een hogere groei. Een hogere voeropname hoeft niet te betekenen dat het voer ook duurder moet zijn. Het insteken op een goede darmwerking en opname van goede vezels kan de voeropname stimuleren. Dit zien wij onder andere terug met de inzet van onze Start Krusli voeders, waarbij we een hogere jeugdgroei realiseren. Klik hier > om meer te lezen over de voordelen van Krusli bij vleesvarkens. 

Wilt u weten welke stappen u moet zetten voor een hogere groei? Neem contact op met uw varkensspecialist