In het Limburgse ontginningsdorp Ysselsteyn, midden in de Peel, heeft Gijs Peeters (38) samen met zijn broer Koen (35) en zijn ouders een bedrijf met 5.000 vleesvarkens en een akkerbouwtak. Koen richt zich op de akkerbouw, Gijs is voornamelijk bezig in de vleesvarkens. Vader Jo (64) werkt in beide takken nog volledig mee, moeder Joke (66) doet de administratie.
De opa van Gijs en Koen vestigde in 1947 het bedrijf in Ysselsteyn, 25 jaar later nam Jo het over. Koen is in 2002 direct na zijn opleiding in de maatschap gekomen, Gijs pas jaren later. Hij heeft eerst elders in loondienst gewerkt en stapte in 2007 in de maatschap. Het bedrijf had toen 18.000 kalkoenen, 1.400 vleesvarkens en een akkerbouwtak met 90 ha, voornamelijk bloembollen (45 ha lelies), uien, waspeen, schorseneren, bieten en gerst.
Omdat Gijs en Koen zich beiden geen echte pluimveehouders voelden, zijn ze in 2008 gestopt met de kalkoenen en is de kalkoenstal verbouwd tot een stal voor 3.600 vleesvarkens. De stal had een betonnen vloer en verwijderen was vanwege instortingsgevaar geen optie. Om toch grondkanaalventilatie aan te kunnen brengen, zijn de putten op de oude vloer gebouwd, waardoor de nieuwe vloer één meter boven maaiveld ligt. Niet handig, maar het was de enige mogelijkheid. Bij de verbouwing is het dak in z’n geheel 1,70 meter verhoogd om meer volume in de stal te krijgen. Er is een luchtwasser geplaatst die voor minimaal 70% reductie zorgt. Elders op het terrein kwam een grote mestsilo voor de opslag van 4.500 m3 mest. Er zitten twee mixers in, dus er kan altijd homo gene mest afgeleverd worden. 55% van de mest gaat naar de verwerker. De rest gaat naar eigen grond of wordt via vaste afspraken verkocht aan de loonwerker.
Voeding
De 1.400 varkens in de oude varkensstal worden gevoerd met een brijvoerinstallatie. Ten tijde van de verbouwing van de kalkoenstal tot varkensstal waren bijproducten schaars. Bovendien werden bijproducten toen onregelmatig geleverd, met een telkens wisselende samenstelling van het rantsoen als gevolg, waardoor het technische resultaat soms te wensen overliet. Daarom heeft Gijs er
bewust voor gekozen om in de ‘nieuwe’varkensstal een computergestuurde droogvoerinstallatie (CDI) te plaatsen. ‘Misschien had ik toch, achteraf gezien, een brijvoerinstallatie moeten plaatsen, vanwege de omvang van de varkensstapel’, zegt Gijs. ‘Het was een grotere investering geweest, maar met brijvoer kun je scherper voeren en heb je lagere voerkosten. Aan de andere kant werkt
deze CDI ook wel fijn. Alles is computergestuurd en je kunt de samenstelling van het voer preciezer bepalen om vervetten tegen te gaan’. Indertijd kwam het kalkoenvoer van ABZ Diervoeding en het varkensvoer van een andere leverancier. Logischerwijs stapte Gijs na het afstoten van de kalkoenen geheel over op de andere leverancier, maar niet voor lang. De resultaten waren niet naar wens, en zo kwam Gijs een jaar later weer terug bij ABZ Diervoeding. ‘Dat was puur een kwestie van technisch en daarmee financieel resultaat’, verklaart Gijs deze stap.
Gijs voert de varkens in vier fases, waarbij de gelten en de beren een verschillend vleesvarkensvoer krijgen, afgestemd op de behoefte (zie tabel).
Voer |
EW | Voerlijn |
Opstartkorrel | 114 | Perfect |
Startkorrel | 112 | Perfect |
Groeikorrel | 112 | Perfect |
Vleesvarkenskorrel beren | 112 | Perfect |
Vleesvarkenskorrel gelten | 112 | Garant |
In de brijvoerinstallatie worden deze voeders ingezet in de Krusli-vorm. Dit geeft een mooie, homogene brij die gemakkelijker te verpompen is. Hierdoor kan het gehalte aan droge stof van het mengsel worden verhoogd tot 27%. Dit geeft vooral in de eerste twee maanden na opleg meer voeropname en daardoor meer jeugdgroei. Een ander voordeel is dat het mestvolume met 15% wordt verlaagd.
Varkenstype
Gijs wil graag een mager varkenstype. Toen hij een jaar geleden noodgedwongen moest overstappen op een andere fokker, koos hij voor de Deense zeug x Duroc. ‘Dat is een mooi, mager varken en daar was ik al heel lang naar op zoek. De eerste tien maanden hadden we gelten en borgen, omdat de biggen voorheen op export gingen. We wilden eerst bekijken of de biggen het in de stal wel goed zouden doen. Als de biggen goed zouden bevallen, dan zou het castreermes weg, anders konden ze niet terug de export in. Maar het houden van borgen beviel niet vanwege de slechte voederconversie. Je kunt de borgen immers niet maximaal laten groeien in verband met vervetting’.
Nu houdt Gijs beren en dat gaat veel efficiënter. De eerste lichting beren wordt één dezer dagen geleverd, een week eerder dan normaal. De gelten zitten wel in het normale stramien. ‘Met dit ras kun je voordeel halen: ze hebben een goede voerefficiëntie, groeien ontzettend hard en ze blijven mager. Ik ben heel benieuwd hoe straks de cijfers van de beren zullen zijn. We verwachten dat de groei omhoog gaat met een scherpere voederconversie’. Gezondheidstechnisch loopt het bedrijf nu goed, maar dat was in het verleden wel anders. ‘We leggen de lat hoog, zitten er bovenop en monitoren veel. Met de biggenleverancier heb ik een goed en open contact en dat vind ik heel belangrijk. We spelen open kaart: zijn er problemen, dan kijken we reëel en eerlijk waar de problemen zijn ontstaan en hoe ze opgelost kunnen worden. Bij structurele problemen hebben we direct contact met de dierenarts, de handelaar en de fokker. Met bloedonderzoek proberen we er een vinger achter te krijgen en zo nodig enten we. We spelen kort op de bal’. Sinds Gijs is overgestapt op het andere ras, heeft hij weinig gezondheidsproblemen. ‘Ik doe geen koppelbehandelingen meer, alleen individuele behandeling. Sinds mei vorig jaar is de dierdagdosering enorm gekelderd. In de eerste twaalf weken van 2016 was deze 0,1 tegenover 4,7 in dezelfde periode vorig jaar’.
Grote stappen
Gijs is blij met de combinatie van de verschillende bedrijfstakken. ‘Dat is een sterk punt van het bedrijf, ook in verband met de spreiding van risico’s. In de bedrijfsvoering zitten mijn ouders, broer en ik op één lijn. We houden van korte lijnen en goed overleg. We zijn constant op zoek naar het optimale, niet per se het maximale. Dat zie je in het hele bedrijf terug, ook in de akkerbouwtak’. Voor de nabije toekomst zijn er grote stappen te nemen: in 2018 treden vader en moeder terug, waarna Gijs en Koen het bedrijf samen voortzetten. ‘We hebben plannen genoeg voor de toekomst, maar eerst komt de bedrijfsovername’.