Spenen is voor biggen stressvol. Met het wegvallen van de melk, moet vast voer de energie- en eiwitvoorziening overnemen. De eerste dagen na het spenen is vooral de energie- en vochtopname belangrijk. Goed brijvoer voor gespeende biggen bevat daarom gemakkelijk opneembare energie. Een specifieke keuze van goed verteerbare en smakelijke zetmeel- en vetbronnen is de basis voor een goed brijvoer voor gespeende biggen.
In biggenvoer mag de totale eiwitbelasting op het maagdarmkanaal niet te hoog zijn. Niet goed verteerd of teveel eiwit vergroot de kans op diarree. De juiste zurencombinaties en mineralen zorgen voor een juiste pH in de maag en dat bevordert de eiwitvertering. Daarnaast doodt een lage pH schadelijke bacteriën in de brij. Voor de biggen opfok is het raadzaam om minimaal twee mengsels te kunnen maken, namelijk voor de eerste 10-14 dagen na het spenen en vanaf 14 dagen na spenen. Dit zorgt voor een betere afstemming op de behoefte van de big. Ook is het financieel voordeliger. U kunt daarbij de biggen ook de eerste vier dagen na het spenen handmatig speenvoer verstrekken en daarna op een brijmengsel zetten. Door de ervaring op diverse zeugenbedrijven heeft ABZ Diervoeding meerdere voerconcepten ontwikkeld voor gespeende biggen passend bij de verschillende voerstrategieën.
Bijproducten
Voor biggen is slechts een beperkt aantal bijproducten geschikt. Van de aardappelbijproducten zijn de producten met een hoog en goed ontsloten zetmeel in te zetten, bijvoorbeeld aardappelzetmeel. Zuivelproducten, zoals kaaswei of voermelk, zijn alleen geschikt als de kwaliteit constant is en de aanwezigheid van gisten voldoende wordt beheerst. Bij de vochtige tarwezetmeelproducten gaat de voorkeur uit naar producten met een laag suiker- en hoog zetmeelgehalte. In brijvoerrantsoenen voor gespeende biggen worden, vanwege de matige eiwitkwaliteit, bij voorkeur geen eiwitrijke bijproducten opgenomen zoals tarwegistconcentraat.
Hygiëne
Naast de nutritionele aspecten is de versheid van het brijmengsel voor biggen zeker zo belangrijk. De versheid van de brij bepaalt de smakelijkheid. Daarom is een restloos voersysteem bij gespeende biggen een must. Een restloos voersysteem betekent dagelijks verversen van de restbrij, zodat gisten en schimmels zo min mogelijk de kans krijgen. Voerleidingen met een diameter van 50 mm verdienen daarbij de voorkeur boven voerleidingen met een diameter van 63 millimeter. Een kleinere diameter verlaagt de leidinginhoud en voerresten krijgen minder de kans aan te koeken door de grotere passagesnelheid.
Homogene brij
Homogeniteit van de brij bij gespeende biggen is cruciaal. Dit betekent dat brijvoer niet mag ontmengen. Het gevolg van ontmengen van brijvoer is een verschil in opname van de hoeveelheid droge stof en nutriënten. De biggen nemen dan met name de bovenste (dunne) fractie op en krijgen te weinig energie en te veel zouten binnen. Het gevolg is dat de biggen onvoldoende groeien en de mest dunner wordt. De dikke fractie, met de hoogste voederwaarde van de ontmengde brij blijft vaak achter in de trog en wordt niet of nauwelijks opgenomen. Om dit te voorkomen maakt ABZ Diervoeding gebruik van een uniek productieproces, namelijk Krusli biggenvoeders. Krusli voeders hebben een kortere roertijd in een brijvoerinstallatie nodig om op te mengen en geven daarom een homogener brijmengsel.
Neem voor uitgebreide informatie contact op met één van onze varkensspecialisten.