De afgelopen vier maanden hebben Mark Kneepkens en Lars van de Bovenkamp; studenten van de HAS Hogeschool, een afstudeeropdracht bij ABZ Diervoeding uitgevoerd. Het doel van de opdracht was het in kaart brengen van de invloedsfactoren op biggenkwaliteit.
Als het gaat om biggenkwaliteit is dit nog vaak een groot grijs gebied. Bij de opleg van biggen is namelijk niet te zien of een big tien of twaalf weken oud is en of er diarreeproblemen geweest zijn. Om één en ander in beeld te brengen is er naast een literatuurstudie ook een praktijkonderzoek uitgevoerd naar factoren die de kwaliteit van biggen beïnvloeden. Vanuit deze factoren is een rekentool ontwikkeld waarmee de kwaliteit vastgesteld kan worden.
De belangrijkste meetbare factoren in de kraam- en opfokperiode die een indicatie van kwaliteit geven zijn:
- Geboortegewicht;
- Groei in de eerste levensweek;
- Speengewicht;
- De groei in de eerste twee weken na spenen.
Uit het onderzoek blijkt dat, indien het geboortegewicht van een big lager is dan 1.200 gram, de big duidelijk verminderde prestaties vertoont. Daarnaast blijkt dat biggen lichter dan 900 gram een duidelijk mindere overlevingskans hebben. Ook moeten biggen in de eerste levensweek minimaal een 80% gewichtstoename realiseren ten opzichte van het geboortegewicht. Deze minimale procentuele gewichtstoename in de eerste levensweek, is dan een goede indicatie voor de doorgroeicapaciteit in de verdere levensfases van de biggen. Verder blijkt dat de biggen in de eerste twee weken na spenen minimaal 225 gram groei per dag moeten realiseren.
Praktijkproef
In de praktijkproef bij ABZ Diervoeding is deze meting uitgevoerd op zes praktijkbedrijven. Bij deze zes zeugenbedrijven was het gemiddelde gemeten geboortegewicht 1.309 gram, met een variatie tussen de bedrijven van 1.272 gram tot 1.360 gram. Enkele bedrijven hadden een relatief groot aantal lichte biggen. De gemiddelde procentuele verdubbelingsgroei in de eerste levensweek was 84%. Dit is boven de norm van 80%. Hierbij was de variatie tussen de bedrijven van 69% tot 96%. De speengewichten op bedrijfsniveau liepen sterk uiteen. Gespeende biggen die zwaarder zijn dan 7 kilogram hebben meer potentie om de normen te halen dan wanneer speenbiggen lichter zijn dan 7 kilogram. Het gemiddeld speengewicht bedroeg 7,1 kilogram op 26 dagen met een variatie per bedrijf van 6,2 tot 8,1 kilogram. Uit de praktijkproef kwam duidelijk naar voren dat de gewichtstoename die een big kan halen in de eerste levensweek sterk afhankelijk is van het geboortegewicht. Zo kan een lichte big procentueel veel groeien en snel verdubbelen. Maar absoluut groeit deze lichte big weinig in grammen, zoals in onderstaande grafiek ‘Gewichtstoename zogende biggen’ zichtbaar is gemaakt.
Een ander aspect wat naar voren kwam, was dat het speengewicht van biggen 7 kilogram of hoger moet zijn om de gewenste groei van minimaal 225 gram in de eerste week na spenen te behalen. Dit is terug te zien in onderstaande grafiek “Groei/dag (kg)”.
Verder constateerden we een aantal opvallende praktijkervaringen:
- Biggen met een laag geboortegewicht hebben een hogere procentuele groei, maar een lagere absolute groei dan biggen met een zwaarder geboortegewicht;
- Uniformiteit in geboortegewicht is van groot belang, biggen onder de 1.200 gram geboortegewicht hebben een verminderde overlevingskans;
- Dat bij een speengewicht tussen de 7 en de 8 kilogram de gewenste groei van minimaal 225 gram per dag in de eerste twee weken na spenen wordt gehaald;
- Diarree bij biggen in de eerste 2 weken na spenen de groei fors drukt: veelal minder dan 150 gram per dag.
Conclusies en adviezen:
Meten is weten! Het is zinvol om jaarlijks een weekgroep biggen bij geboorte, een week na geboorte, bij spenen en 2 weken na spenen te wegen. Nog meer inzicht wordt verkregen als steeds dezelfde biggen worden gewogen en deze ook bij afleveren worden gewogen.
- Kwaliteit wordt steeds belangrijker; verschillen in biggenprijzen zijn erg groot.
- Speengewicht dient minimaal 7 kilogram of hoger te zijn.
- Biggen bij geboorte onder 1.200 gram moeten zo veel mogelijk voorkomen worden, een juiste zeugenvoeding/ conditie kan hierbij helpen.
De varkensspecialisten van ABZ Diervoeding kunnen u verder helpen met het in kaart brengen van uw biggenkwaliteit en u adviseren om deze te verbeteren. De rekentool die door ons is ontwikkeld, is daarbij een hulpmiddel voor de analyse van de wegingen van biggen en om een juiste kwaliteitsindicatie te geven. Vraag uw varkensspecialist om meer informatie.
– Stageverslag door Mark Kneepkens en Lars van de Bovenkamp, studenten Has Hogeschool