Rond het aflammeren is het verstandig om de best beschikbare kwaliteit ruwvoer te voeren. Voorjaarsnede in kuil of balen heeft doorgaans de beste smaak en hoogste verteerbaarheid. Deze wordt bij voorkeur ook al bij de hoogdrachtige ooien gevoerd. De lammeren nemen de laatste weken zoveel plaats in, dat de pens en maagdarmkanaal in de verdrukking komt. Elke hap voer die ooien binnen krijgen moet nu dus van goede kwaliteit zijn. Voer ook niet te nat ruwvoer. Goede kwaliteit betekent ook voldoende droog gras. Ideaal is meer dan 40 – 45% droge stof i.v.m. smaakbederf en risico op listeria bij te nat voer.
Eiwitarm ruwvoer vraagt bijvoeding
Al voor het lammeren is het daarom goed om de brokgift alvast op te bouwen om daarmee het rantsoen te concentreren.
Na het lammeren is het dit jaar temeer van belang om brok bij te voeren. De voorjaarskuilen van 2021 bevatten relatief weinig eiwit. Tekort aan eiwit in het rantsoen zorgt voor lagere biestgift en minder melkproductie.
Veel biest en melk essentieel voor goede ontwikkeling
Een goede kwaliteit biest is essentieel voor het lam voor de weerstand tegen ziekten en infecties. Vervolgens moet er voldoende melkproductie zijn om de lammeren de benodigde voedingsstoffen mee te geven. Benutting van voedingstoffen is bij een jong lam zeer hoog. Een betere groei en ontwikkeling in de eerste weken vertaalt zich in een hogere groei in later jeugd.
Bijvoeding lammeren
Om de efficiënte jeugdgroei van lammeren optimaal te benutten kan er al heel snel gestart worden met de bijvoeding van krachtvoer. Vanaf de tweede week kunnen lammeren al extra energie en eiwit via brok opnemen. Dit kan met de standaard schapenkorrel (bestelcode 48.500 of 48.506) of met een speciale lammerenbrok (bestelcode 48.610). Belangrijk is dat de lammeren al voor het spenen rond de 400 gram brok opnemen om een groeidip bij het spenen te voorkomen.
Wilt u meer informatie over onze schapenvoeders?
Neem dan contact op met onze schapenspecialisten. Zij helpen u graag!
Team schapenhouderij >