Ga koeien na 200 dagen lactatie heel strak volgens de krachtvoertabel brok verstrekken. Dit bespaart krachtvoer en voorkomt vervetting in de laatste 100 dagen van de lactatie. Koeien gaan dan met de juiste conditie droog en dat geeft weer een constante voeropname rond afkalven.
200 dagen lactatie
In het grootste deel van de PMR-rantsoenen wordt zo rond dag 200 van de lactatie de melkgift gehaald uit het basisrantsoen aan het voerhek. PMR betekend ‘gedeeltelijk gemengd rantsoen’ waarbij voer wordt verstrekt aan het voerhek én in een krachtvoerbox, melkrobot of melkstal.
Of een koe werkelijk op dag 200 krachtvoer krijgt verstrekt, ligt natuurlijk aan de krachtvoertabel die hoort bij het werkelijk opgenomen rantsoen. Op dit moment is de voeropname vaak goed of ruim en deze werkelijke voeropname aan het voerhek kan al zorgen voor een snellere afbouw van de krachtvoergift. Bij een laag basisrantsoen van bijvoorbeeld 100% graskuil zal de krachtvoertabel juist nog langer doorlopen en koeien misschien wel tot 250 dagen krachtvoer worden geadviseerd.
ABZ adviseert de individuele koe
Door middel van ons rantsoenberekeningsprogramma VoerExpert kan na iedere melkcontrole van elke individuele koe een krachtvoeradvies gegeven worden. Dit advies is afhankelijk van de productie van grammen vet en eiwit, leeftijd, lactatiestadium en een eventuele drachttoeslag, maar uiteraard allereerst van de geschatte voeropname aan het voerhek als basis.
Wees alert
- Probeer direct na het binnenkomen van de melk controle uitslag de individuele krachtvoergift aan te passen. Wanneer u hier gebruik van maakt, stem dit dan af met uw rundveespecialist.
- Pas melk-voer tabellen in uw managementsysteem tijdig aan. Vooral nu zal de werkelijke voeropname van het basisrantsoen hoger zijn dan waarop de melk-voer tabel is ingesteld.
- Pas na elke rantsoenverandering de krachtvoergiften aan op het nieuwe rantsoen. Vooral wanneer we overgaan van bijvoorbeeld de hoogwaardige 1e en 2e snede naar een zomerkuil.
- Let op bij het voeren van bijproducten. Wanneer deze in of uit het rantsoen gaan heeft direct gevolgen voor de geadviseerde krachtvoergift. Dit is het grootst bij de wat drogere bijproducten zoals Corngold.
- Kalibreer uw krachtvoersysteem regelmatig.
Vervetting
Wanneer de koe naar behoefte wordt gevoerd zal vervetting in de laatste 100 dagen van de lactatie voorkomen worden. Het is hierbij van belang om de BSK in deze periode niet te laten dalen. Dit kan door ondanks de hoge prijzen niet té weinig eiwit te voeren in het basisrantsoen. Een persistente koe is economisch erg aantrekkelijk vanwege het behoud van melkgift met hoge gehalten. Een drachtige koe zal beter melk blijven geven door te voldoen aan de minimum norm voor eiwit (150 – 160 gram ruw eiwit per kg droge stof) dan door een extra kg aanvullende brok. Een persistente koe naar behoefte voeren is dus de sleutel voor het voorkomen van vervetting.
Streef naar een BCS van 3+ bij droogzetten
Het is erg belangrijk om te streven naar de juiste BCS van 3+ bij droogzetten. Scoor regelmatig uw koeien en corrigeer eventueel voor de BCS. Het beste kunt u de conditie scoren door de bedekking te voelen van de dwarsuitsteeksels van de lendewervels. Zijn de dwarsuitsteeksels heel hard voelbaar en niet bedekt dan is de BCS erg laag (2 – 2,5). Zijn de dwarsuitsteeksels niet meer voelbaar dan is de BCS erg ruim (4,5 – 5).
Meer weten?
Onze rundveespecialisten helpen u graag!
Contact