Op het melkveebedrijf worden met een vaste regelmaat tepelvoeringen vervangen en koeien bekapt. Ook het vervangen van de messen in de voermengwagen zou met een vaste en bedrijfseigen regelmaat moeten gebeuren.
Een aantal aandachtspunten rondom het effectief mengen van voer:
- Controleer de messen van de voermengwagen. Scherpe messen schelen aanzienlijk tijd en brandstof, maar het belangrijkste is het mengresultaat. De voerdeeltjes worden even lang waardoor voerselectie sterk verminderd. Wanneer de kartelrand van de messen verdwenen is, moeten de messen worden vervangen.
- Eventueel kunnen messen ook worden verzet van beneden naar boven. Dit vraag wel extra aandacht en planning maar zorgt wel voor een minder abrupte verandering.
- Contra-messen zijn gemaakt om stro mee te verkorten. Gebruik het contra-mes alleen bij bijvoorbeeld het bereiden van het rantsoen voor de droge koeien, indien nodig.
- Denk aan voldoende vulling van de voermengwagen. Minimaal 25% van het volume. Voer zodra de broeigevoeligheid is verminderd; de droge koeien 1 x per 2 dagen.
- Zet de voermengwagen altijd op een vlakke ondergrond zodat de weeginrichting betrouwbaar is.
- IJk de weeginrichting door bijvoorbeeld 100 kg zakgoed of frontgewichten te gebruiken.
- Plaats eventueel een magneet op de verticale vijzel van de voermengwagen. Alleen als deze eens per maand wordt schoongemaakt heeft dit zin.
- Gebruik nadat het laatste voer geladen is een timer o.i.d. voor dezelfde mengtijd elke dag. Schrijf eventueel de juiste mengtijd op de mengopdracht zodat dit voor iedereen die voert duidelijk is.
- Houd 2 – 5% restvoer aan. Dit geeft rust voor de koe en de ondernemer.