Van september tot december 2021 heeft onze stagiaire Joëlle Benschop (WUR) onderzoek gedaan naar de relatie tussen droogstandsrantsoenen en biestkwaliteit. Op 16 februari jl. heeft ze de resultaten van haar onderzoek gepresenteerd aan de tien melkveehouders die hadden meegedaan aan het onderzoek. Ook een aantal van hun dierenartsen waren bij de presentatie.
Grote variatie in biestkwaliteit
ABZ Diervoeding adviseert direct na afkalven minstens 2 liter biest van goede kwaliteit te verstrekken aan het kalf. Binnen 12 uur 4 liter biest en binnen 24 uur 6 liter biest. Biest bevat antistoffen (IgG) die het kalf nodig heeft om de kans op ziekten te minimaliseren.
Goede kwaliteit biest bevat minstens 50 g IgG per liter biest (Brix: >22). Probleem is alleen dat de hoeveelheid IgG in biest sterk kan verschillen tussen koeien. Dit kan worden bepaald door verschillende factoren:
- biestproductie;
- uren na kalven;
- droogstandslengte;
- vaccinatie;
- seizoen;
- biest opslag;
- leeftijd.
De relatie tussen biestkwaliteit met voeding in de droogstand is echter nog maar weinig onderzocht.
Biestproductie start in de droogstand
Dat de relatie met droogstandsrantsoenen nog zo weinig is onderzocht, is opmerkelijk aangezien de productie in het uier al begint tijdens de droogstand (2 – 3 weken voor afkalven). IgG wordt geproduceerd door lymfocyten en komen in het bloed terecht. IgG in bloed wordt getransporteerd naar het uier.
Onderzoek op 10 melkveebedrijven
Voor de proef hebben we data verzameld van 166 melkkoeien, verdeeld over 10 bedrijven. Rantsoenkenmerken, bloedwaarden en biestkwaliteit werden bepaald. In de onderstaande tabel zijn de gemiddelden getoond:
Biest | Gemiddelde | Bloed | Gemiddelde | Referentie GD |
Brix | 22.7 | NEFA | 0.31 mmol/L | < 0.4 |
lgG | 59.1 g/L | BHBZ | 0.58 mmol/L | ≤ 0.70 |
Biestproductie | 5.1 L | Ureum | 3.37 mmol/L | 3.3 – 6.6 |
Tijdstip van meting na kalven | 3.7 uur | Haptoglobine | 0.96 mmol/L | > 0.78 |
Vet | 5.3% | Magnesium | 0.11 mmol/L | < 0.3 |
Eiwit | 13.8% | Calcium | 2.30 mmol/L | > 2.10 |
Lactose | 3.0% | Fosfor | 1.99 mmol/L | 1.2 – 2.3 |
Droge stof | 22.2% |
Actief Droogstandsrantsoen geeft goede biest
Zoals in de tabel is te zien, bedraagt de Brix-waarde van de biest gemiddeld 22,7. Met 4,7 liter biest uit de eerste melkmaal zou er dan ruim 1 kg droge stof goede biest beschikbaar zijn voor het pasgeboren kalf. Tussen de tien bedrijven varieerde de Brix-waarde van gemiddeld 20,3 tot 25,8. Per individuele koe was de variatie natuurlijk nog groter. Conclusie van Joëlle was dat de voeding een kleine invloed heeft op de biestkwaliteit naast alle andere genoemde factoren die mee spelen. Van groot belang lijkt te zijn dat in de droogstand niet teveel bestendig zetmeel uit bijvoorbeeld snijmaïs wordt gevoerd. Juist zetmeel voor de pens uit bijvoorbeeld gerst of tarwe is wel positief voor de kwaliteit van de biest.
Leerzame bijeenkomst
Er was alle aandacht tijdens de bijeenkomst voor het ingewikkelde onderwerp dat Joëlle heeft onderzocht. Zo was er een mooie discussie over de droogstandsaanpak waarbij ook de aanwezige dierenartsen hun mening en ervaring lieten horen. Elke deelnemer kreeg de resultaten mee naar huis waarbij ze hun eigen cijfers konden vergelijken met dat van hun collega-veehouders.
Meer weten over biestkwaliteit?
Neem contact op met Joëlle of één van onze andere rundveespecialisten:
![]() |
Joëlle Benschop Specialist rundveehouderij Mobiel 06 2061 6754 E-mail j.benschop@abzdiervoeding.nl |