Hygiëne bij agrarische bedrijven wordt steeds belangrijker. Dierziekten kunnen van grote impact zijn, waardoor de emotionele en financiële schade groot kunnen zijn. Bedrijven moeten bewust worden van deze gevolgen en daarop anticiperen. Een grote verbetering kan al in hele kleine dingen zitten.
Het bedrijf
Hygiëne is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Mensen uit de agrarische sector weten veelal wat de gevolgen kunnen zijn als de hygiëne niet op orde is. Het is belangrijk dat iedereen weet dat toegang in de stal niet toegestaan is zonder overleg met eigenaar of bedrijfsleider. Als bedrijf bepaal je zelf wie en onder welke voorwaarden er op het bedrijf en in de stal mag komen. Daarom moet dit voor iedereen die het bedrijf wil betreden duidelijk zichtbaar zijn. Hieronder staan enkele toepassingen die op uw bedrijf toepasbaar zijn:
- Ketting of poort om terrein af te sluiten;
- Bord waarop staat dat er strenge hygiëne-eisen gesteld worden;
- Aangeven dat melden voor betreding verplicht is.
Onderstaande stalbordjes worden aangeboden door ABZ Diervoeding en zijn op bestelling leverbaar:
De stal
Steeds meer bedrijven hebben een hygiënesluis waar bezoekers van de stal zich voor en na het stalbezoek moeten douchen. De stal bezoeken is alleen toegestaan met bedrijfskleding. Wisselen/ontsmetten van schoeisel is verplicht als er van buiten naar binnen en andersom wordt gegaan. Een duidelijke scheiding waar welk schoeisel/ materiaal toegestaan is op het bedrijf. Maatregelen als het wassen van je handen met zeep en deze ontsmetten na betreden van de stal, worden op steeds meer bedrijven een standaard.
Het is een vast besproken onderdeel geworden bij uitbereiding of verbouw van een bedrijf, waardoor maatregelen praktisch in te vullen zijn en blijven. Hierdoor wordt het toepassen van onderstaande punten een standaard:
- Schoeisel wisselen
- Douchen
- Bedrijfskleding
- Handen/ schoenen ontsmetten
Het erf
Het is belangrijk om het erf rondom de stallen netjes en opgeruimd te houden. Denk hierbij aan:
- Verharding voor loop en rij routes;
- Geen afval of materialen in de buurt van de stal leggen;
- Geen voerresten rondom de silo’s;
- Beplanting kort gesnoeid in de buurt van de stallen;
- Gras kort houden rondom de stallen.
Knaagdierenbestrijding
Het is belangrijk om uw bedrijf onaantrekkelijk te maken voor knaagdieren. Als er alleen lokaaskisten staan, is dit de enigste schuilplaats waar knaagdieren naar kunnen vluchten. Lokaaskisten worden daarom in combinatie met klemmen ingezet, zodat u in beeld heeft wat voor knaagdieren er op uw bedrijf zijn. Regelmatige controle (wekelijks) van de lokaaskisten is hierbij belangrijk, omdat klemmen ook onnodig af kunnen gaan.
Bedenk op uw bedrijf hoe u ongedierte kunt weren in de bestaande en nieuwe stal. Geen grote gaten in de muur waar knaagdieren makkelijk naar binnen kunnen. Als er eenmaal ratten en/of muizen in de stal aanwezig zijn, kunnen deze knaagdieren behoorlijke schade aanrichten. Ratten zijn knaagdieren en slijten graag hun tanden aan isolatiemateriaal, kabels, eier-/mestbanden etc. Dit kan vergaande gevolgen hebben als deze kabels van bijvoorbeeld een ventilatiesysteem worden aangetast. Ook vraat aan de eieren kan zorgen voor vuilschaligheid. Daarnaast kunnen knaagdieren ook bacteriën en virussen met zich mee dragen. Dit kan tot grote gevolgen leiden.
Knaagdieren zijn in de stal lastig te bestrijden. De dieren hebben immers ruime toegang tot voedsel door het grote aanbod van voer in de stal waardoor bij lokaaskisten minder snel wordt gegeten.
Zie onderstaande foto waarop een tyrap is bevestigd om op deze manier snel te kunnen zien of een klem in een lokaaskist is afgegaan.
Regelgeving knaagdieren
De bestrijding van knaagdieren in 2015 gaat veranderen. Vanaf 1 juli 2015 mogen agrarische bedrijven niet meer zonder licentie knaagdieren bestrijden met bestrijdingsmiddelen. Voor het werken met professionele rodenticiden is vanaf die datum een vakbekwaamheidsbewijs KBA verplicht, die alleen door de eigenaar van het bedrijf behaald kan worden. Voor het behalen van het vakbekwaamheidsbewijs KBA zijn twee hoofdroutes. 1: met een geldig vakbekwaamheidsbewijs gewasbescherming, 2: zonder geldig vakbekwaamheidsbewijs gewasbescherming. Na het behalen van het KBA mag de agrarische ondernemer dit alleen op het eigen bedrijf toepassen. Deze cursus wordt door verschillende bedrijven aangeboden.