In- en uitkuilmanagement

Om het in- en uitkuilen goed te laten verlopen leest u hieronder een aantal aandachtspunten.

Inkuilmanagement graskuilen

Gaat u elke snede apart inkuilen, achter elkaar/tegen elkaar of maakt u lasagnekuilen (alle sneden gras over elkaar heen)? Het eerste is makkelijker, maar de lasagnekuilen zijn beter voor een lang en stabiel rantsoen in de stalperiode. Als u 2 of 3 lasagnekuilen maakt kunt u de melkkoeien het hele jaar door 1e en 2e snede kuilgras voeren en de latere snede’s benutten voor het jongvee/droogvee. Ook heeft u maar één kuil open met minder kans op broei.

Op het land:
Maai het gras na enkele zonnige dagen. Dit geeft een betere kwaliteit gras in de kuil. Het is echter niet altijd zo te regelen, want het weer is niet te sturen. Zorg dat het gras schoon in de kuil komt, dus let op de afstelling van de maaier, schudder en de hark. Want grond geeft een lagere voederwaarde en meer kans op slechtere conservering en meer boterzuurbacteriën.

Bij het inkuilen:
Gebruik een inkuilmiddel voor een betere conservering én om een betere bescherming te krijgen tegen broei bij het uitkuilen. Overleg met uw loonwerker of specialist wat bij u het beste past. Laat het kuilgras kort snijden/hakselen. Dit geeft een betere conservering en het rijdt beter vast. Ook is het makkelijker als u de kuil met een voermengwagen gaat voeren. Het mengt dan gemakkelijker. Rijdt de kuil goed vast. Maak een voldoende lange kuil en rijd het gras in dunne lagen over de kuil uit en dan vastrijden. Alleen een zware trekker of shovel is niet genoeg, er moet genoeg tijd zijn om vast te rijden. Overweeg om 2 kuilen tegelijk te maken en op allebei de kuilen een trekker of shovel om zeer goed vast te kunnen rijden. Als de kuil vol is kunt u er een nat bijprodukt over rijden om de kuil goed aangedrukt te houden.

Bij de kuilplaat:
Zorg voor een schone kuilplaat/sleufsilo (ook rondom de kuilplaat). Zorg ervoor dat er ruimte is om makkelijk te kunnen werken met het bijhouden van de kuil tijdens het inkuilen en met het afdekken van de kuil. Grond of kuilresten van het afgelopen jaar bevatten veel verkeerde bacteriën/schimmels die de conservering van uw nieuwe kuil tegen werken. Dat is ook de reden dat u geen oud kuilplastic moet gebruiken voor wandfolie in sleufsilo’s of zelfs om de kuil mee af te dekken. Dit wordt nog wel eens gedaan, want “over enkele weken gaat u toch weer kuilen en dan komt er wel een nieuw rol kuilplastic op”. Niet doen dus, gebruik altijd nieuw kuilplastic voor het afdekken ook als u een lasagne kuil gaat maken.

Wilt u meer informatie over wat uw kuil nodig heeft? Neem dan contact op met één van onze specialisten.

Inkuilmanagement maïskuilen

Gebruik inkuilmiddel in de maïskuil en voorkom 10% zetmeel verlies! Groeikracht, een adviesorganisatie voor ruwvoerteelt, heeft een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd waarbij verschillende inkuilmiddelen in de maïssilage zijn getest. Bij dit onderzoek zijn balen gemaakt en is de voederwaarde bepaald een eerste keer bij oogsten en een tweede keer na 300 dagen. De onbehandelde balen hadden na 300 dagen 9% minder zetmeel! Een hectare maïs levert ongeveer 17 ton ds x 380 zetmeel = 6500 kg zetmeel. Als de maïs niet is behandeld treed er een verlies op van 6500 x 9% = 600 kg zetmeel. 1 ton maïsmeel bevat 600 kg aan zetmeel en kost ongeveer €200,-. Als u hier de kosten van het inkuilmiddel af haalt u een € 100 hoger saldo per ha. De 11A44 van Pioneer liet een positief verschil zien t.o.v. de andere toevoegmiddelen. Pioneer 11A44 behoudt meer zetmeel dan de andere toevoegmiddelen (zie tabel).

Er is ook duidelijk een verschil tussen de verschillende inkuilmiddelen. De markt voor inkuilmiddelen is een grote markt waarvan iedereen een graantje mee wil pikken. Vraag u loonwerker welke mogelijkheden hij heeft en welk middel hij gebruikt. De Ecocool is naast de Pioneer 11A44 ook een prima keuze. Ook van dit middel zijn veel onderzoeken beschikbaar en die tonen keer op keer de goede werking aan. Dus maak gebruik van een bewezen inkuilmiddel voor het beste resultaat. Naast het gebruik van inkuilmiddelen is het kuilmanagement natuurlijk het belangrijkst, denk hierbij aan de volgende punten:

Houd de stoppellengte op minimaal 10 cm om grond insleep te voorkomen.
Zorg voor een schone sleufsilo en plastic langs de zijwanden om verliezen te beperken.
Bij meerdere percelen de droogste maïs als eerste inkuilen.
Controleer bij de eerste vracht of de korrels geraakt zijn (minimaal in 4 delen).
In dunne lagen aanbrengen (maximaal 30 cm).
Vast, vast, vast: voldoende druk op de kuil bij het aanrijden.
Kuil liefst zo snel mogelijk luchtdicht afsluiten en afdekgewicht aanbrengen.
Indien mogelijk maak de kuil zo dat de voersnelheid minimaal 1 tot 1.5 meter per week is.

Wilt u meer informatie over wat uw kuil nodig heeft? Neem dan contact op met één van onze specialisten.

Uitkuilen is start van broei

Door het openmaken van de kuil krijgt zuurstof vrije toegang tot en in de kuil. In het kuilvoer zitten 3 groepen van micro-organismen:

Schimmels: zij consumeren voedingsstoffen uit het voer en kunnen mycotoxinen produceren.
Gisten: produceren CO2 en alcohol uit suikers.
Entrobacteriën: consumeren nutriënten, het zijn gastheer bacteriën maar kunnen ziekten veroorzaken wanneer het dier last heeft van stress.

Door dat “consumeren” van de genoemde micro-organismen ontstaat er warmte, dat noemen we broei. De gevolgen daarvan zijn:

Lagere voederwaarde van het rantsoen door verlies van suikers en eiwitten.
Verminderde smaak en geur van het rantsoen met lagere opname als gevolg.
Verhoogde blootstelling aan ziekteverwekkers, door opname van toxines en daardoor verhoogde gevoeligheid voor ziektes.

We spreken van broei bij meer dan 10 graden temperatuurverschil tussen de kuil en de buitenlucht.

Uitkuil management:

Maak niet teveel kuil tegelijk open → risico zijkant en toplaag.
Voldoende voersnelheid 1,5-2 meter in de zomer. Houd rekening met kuilhoogte.
Voorkom luchtinslag bij uithalen van de kuil, niet happen zonder mes.
Voorkom regeninslag, ruim los product op!
Zorg voor een gladde voergang in de stal.
Gladde sleufsilo of kuilplaat.
Bij warm weer 2 maal daags voeren!

Door de kuil, en dan met name het snijvlak, te behandelen met Selko-TMR wordt de ontwikkeling van de micro-organismen onderdrukt en voorkomen we broei, wordt het verlies aan voederwaarde beperkt, behouden we smaak en blijft de voeropname en daardoor de productie op peil. Selko-TMR is een mengsel van organische zuren specifiek tegen broei. De zuren zijn gebufferd (pH 6) en zijn daardoor niet corrosief en geven geen vervluchting.

Toepassing Selko-TMR:
Toplaag en zijkanten van de kuil:
Meng Selko-TMR met water in een mengverhouding van 1 : 1. Gebruik1 liter oplossing per m2, toediening met gieter of rugspuit.
Snijvlakbehandeling:
Dosering 0,25 ltr (puur) Selko-TMR per m2 meter. Kan ook in oplossing met water om extra doordrenking te krijgen.
In voermengwagen:
Dosering 1 – 2 liter (puur) Selko TMR per ton product.
Let op: Selko-TMR blijft niet stabiel in een oplossing van water. Dus opmaken bij gebruik.

Wilt u meer informatie over uitkuilen of Selko-TMR? Neem dan contact op met één van onze specialisten.

Heeft u vragen of heeft u advies nodig?

Wij helpen u graag!

Team Plant & Teelt >