De huidige volièrestal hangt vaak vol met allerlei verlichting, zowel in als onder en boven het systeem. De manier waarop deze worden aangestuurd is per bedrijf erg verschillend. Ook de behaalde resultaten lopen nogal uiteen.
De meest gangbare verlichting in stallen is een (dimbare) hoofdverlichting, led buizen in het systeem en led buizen (of lampen) onder het systeem. Daarnaast vaak nog een dimbare nabrand of nachtverlichting. Met de aansturing van het licht willen we een aantal doelen bereiken:
1. Het in productie brengen en houden van de hennen
Het primaire doel van het licht in uw legstal is de productie op gang brengen en daarna voor minimaal 1,5 jaar op gang houden. Dit zijn logische stappen die voor vrijwel elke stal gelijk zijn en waarmee u het ritme van uw hennen afstemt op uw eigen werkritme of op het ritme van de dagcyclus in het geval van vrije uitloop.
2. De hennen ’s nachts goed in het systeem krijgen en BNE voorkomen
Een koppel dat goed in het systeem gaat, zal meestal ook minder buitennest eieren leggen. Belangrijk hierbij is om het ritme van de jonge hen goed af te stemmen op het ritme zoals ze die had bij de opfokker. In de zomermaanden kan het daarbij noodzakelijk zijn om daglicht de eerste weken af te schermen om ervoor te zorgen dat de hennen niet op de grond blijven zitten. De meest ideale manier van terug dimmen in de avond kan per stal verschillen, maar in grote lijnen komt het er als volgt op neer: Zet eerst de verlichting onder het systeem uit, dim daarna de hoofdverlichting langzaam terug en dim vervolgens ook het licht in het systeem terug. Indien aanwezig kan ook nog de nachtverlichting terug gedimd worden. Doe dit terug dimmen niet te snel, maar ook zeker niet te langzaam. Normaal gesproken moet dit met een goed half uur afgerond zijn. Om grondeieren te voorkomen, is het van belang dat er vanaf het begin van de lichtperiode maximaal en goed verdeeld licht onder het systeem is. In de startperiode zien we ook wel dat er al eieren gelegd worden voordat de verlichting aangaat, deze hennen kunnen het nest dan niet bereiken/vinden. De nachtlampjes een half uur van tevoren aandoen kan dan uitkomst bieden.
3. Voer en water goed vindbaar maken
Zeker in de start is het belangrijk dat er voldoende licht is in de buurt van het voer en het water om de hennen dit makkelijk te laten vinden.
4. Pikkerij voorkomen en rust bewaren in de koppel
Sinds we met onbehandelde hennen moeten werken is ook dit bijna een primaire taak geworden van de verlichting in de stal. Deze moet ervoor zorgen dat de dieren een rustige plek kunnen vinden waar ze ongeacht hun stand in de pikorde ongestoord kunnen eten, drinken en stofbaden. Dit is te realiseren door vanaf een uur of zes na het begin van de lichtperiode de verlichting onder het systeem uit te doen. Vanaf die tijd zijn de eieren gelegd en bestaat er dus geen risico meer op grondeieren onder het systeem. Daarnaast zien we ook goede resultaten om gelijktijdig ook het licht in het systeem terug te dimmen of helemaal uit te schakelen. De wat bangere hennen kunnen dan ook ongestoord eten in het systeem. De hoofdverlichting kan ook eventueel wat terug gedimd worden. De hen is van oorsprong een dier dat graag in de schaduw leeft en zal daarom ook geen hekel hebben aan een wat donkerdere stal. Let er daarbij wel op dat de hennen actief genoeg blijven. Ongeveer een uur voor het einde van de lichtperiode kan deze verlichting weer ingeschakeld worden om zo de routine van het op stok gaan niet te verstoren.
5. Zorgen voor een ‘werkbare’ situatie in de stal
Doordat we gemiddeld over de dag met minder licht werken, is het van belang dat de werkzaamheden in de stal zoveel mogelijk klaar zijn in de ochtendperiode. Er is dan veel licht, dit werkt prettiger en er is daardoor beter zicht op de dieren. Voor klussen tussendoor kan er gewerkt worden met een timer waarbij je de hoofdverlichting met één druk op de knop naar maximaal kunt zetten, waarna deze na een vooraf ingestelde tijd weer terug gaat naar het gewenste niveau. Dit voorkomt fouten.
Heeft u vragen over uw lichtmanagement?
Per stal en per koppel kunnen de situaties sterk verschillen qua benodigde lichtsterkte en gedrag van de hennen. Onze legpluimveespecialisten kijken graag een keer met u mee om u hierin te adviseren.
Contact opnemen >