ABZ Diervoeding heeft met Legmeel 180 en 175 en de daarbij behorende pre-leg en startvoeders een aantal voerlijnen in het assortiment die qua gehaltes en grondstofsamenstelling zeer ver boven het gemiddelde voer in Nederland uit steken. Dat houdt ook in dat deze voeders qua prijs boven het gemiddelde liggen. Waarom adviseren we dan toch deze voerlijnen?
De huidige hen zoals die nu bij u in de stal zit, heeft een gigantisch genetisch potentieel. We zien inmiddels dat witte koppels, zowel in scharrel als kolonie, in staat zijn om zonder ruien meer dan 500 eieren te leggen en ook de 30 kg eieren te passeren. Ook bruine hennen hebben op dat punt enorme sprongen voorwaarts gemaakt. 400 eieren zonder ruien komt inmiddels ook voor. Toch zien we in de leg sector dat dit soort cijfers nog lang niet altijd gehaald worden. Hennen branden nog vaak te snel af en houden het niet lang genoeg vol om het volledige genetische potentieel waar te maken.
Om wel het volledige potentieel van de hennen te benutten, geldt het oude gezegde ‘De kost gaat voor de baat’. Want een witte hen 100 weken laten worden of een bruine 85 weken gaat niet zonder veel in de dieren te investeren.
Er vanuit gaande dat we starten met een goed opgefokte hen zal in de legstal het dier nog een aantal weken fors door moeten groeien om de robuuste hen te worden die we voor ogen hebben. Het belangrijkste punt om dat te realiseren is: voeding! Om te groeien en in productie te komen, heeft de hen zoveel mogelijk eiwit en energie nodig. We weten echter allemaal dat het in de beginfase vaak moeilijk is om het voer erin te krijgen. De dieren moeten namelijk eerst het overplaatsen verwerken, zijn nuchter geweest waardoor de darmflora zich weer moet herstellen en de hennen moeten eerst de weg weer vinden in de stal. Hier zit meteen al één van de grootste dilemma’s. Hennen hebben in deze fase vaak grote moeite om de nutriënten, die ze nodig hebben om de gewenste groei en ontwikkeling door te maken, uit het voer te halen. Het spijsverteringsysteem is simpelweg nog niet voldoende ontwikkeld om dit te kunnen. Dit kan leiden tot veel onverteerd eiwit achter in de darmen, waardoor er een grote kans bestaat dat de altijd latent aanwezige clostridium bacteriën de hele darm aantasten (chronische darmontsteking). Daar komt bij dat zo’n 70 procent van het afweersysteem van de hen in de slijmlaag op de darmwand zit. Wordt dit eenmaal aangetast, dan zal de afweerreactie die daarbij ontstaat (zeker bij bruine hennen) zeer veel extra energie vragen.
De gangbare oplossing
In de praktijk zien we dat veel voerleveranciers dit ondervangen door een startvoer te maken met relatief laag eiwit en energie. Dit om te voorkomen dat er snel teveel onverteerd ruw eiwit achter in de darmen komt, met mogelijk clostridium infecties als gevolg. Keerzijde van deze benadering is dat het niet mogelijk is om voldoende nutriënten in de hen te krijgen om voldoende groei te realiseren. Alsook een hen te kweken met voldoende reserve, die zonder ‘kleerscheuren’ de gewenste hoge leeftijd behaalt. En gaat het toch mis qua darmgezondheid, dan zal de afweer van de hen zoveel energie vragen dat het met de koppel in sneltreinvaart achteruit zal gaan.
De ABZ formule
De ABZ formule is een andere benadering. Biedt de hen een dusdanig samengesteld voer aan dat qua verteerbaar ruw eiwit en energie op een hoog niveau zit. Dit kan alleen op een veilige manier als je zeer sterk let op de verteerbaarheidscoëfficiënten van de grondstoffen die je gebruikt. En dan kom je helaas per definitie niet in de goedkoopste grondstoffen terecht.
Goedkope eiwitgrondstoffen, zoals raapzaadproducten, tarwegries en maïs-distillers (bijproduct uit de methanol productie) etc., horen naar onze mening zeker niet thuis in een goed startvoer. Maar ook daarna moet je er vraagtekens bij zetten.
Met deze benadering is het mogelijk om ondanks een beperkte voeropnamecapaciteit en een beperkte capaciteit van de darmen, toch voldoende benutbare nutriënten in de hen te krijgen, met een zo klein mogelijk risico op darmproblemen. Hiermee bereiken we zwaardere hennen op 30 weken. Kortom: ‘hennen met een volle tank’.
Ook daarna is het van belang dat de aanvoer van nutriënten op een dusdanig niveau blijft dat het volle potentieel van de hen benut wordt, en zowel productie alsook eimassa gehaald worden. Op het moment dat er op 30 weken een goed ontwikkelde hen staat met een goed en zwaar skelet, zal die het ook aankunnen om ook op hoge leeftijd nog voldoende calcium te mobiliseren om een zwaar ei met een goede schaal te produceren.
Maximaal rendement uit uw hennen
Te duur! Dat is het veel gehoorde antwoord op het advies om met deze speciale voersoorten te gaan werken. Aan de hand van onderstaand voorbeeld willen wij duidelijk ma-ken dat het zeker wel kan. Deze berekening is gemaakt aan de hand van praktijk cijfers met Legmeel 180 en 175 afgezet tegen het landelijk gemiddelde in dezelfde periode uit Legmanager.
Wat deze berekening laat zien is dat er ondanks een behoorlijk hoogwaardiger en daardoor duurder voer, toch een hogere voerwinst van € 1,39 per hen te behalen valt. Dit komt doordat er meer en zwaardere eieren gelegd worden met een veel scherpere voerconversie.
Tevens is het met beter voer ook nog eens mogelijk om de hennen langer te houden. Uit het vergelijk van Legmanager blijkt namelijk dat van de 20 koppels, uit de oorspronkelijke referentie met dezelfde maand van opzet, er op 82 weken maar 6 meer over zijn. Dit komt mede doordat hennen bij een hoogwaardig voer met een uitgebreid aminozurenpatroon gemiddeld beter in de veren blijven. Hiermee wordt het verschil uiteindelijk nog groter.
ABZ/ dat loont
Investeren in kwaliteit loont. Uitgebreide informatie over dit onderwerp vindt u in onze resultatenfolder. Klik hier> voor de resultatenfolder Legmeel 180 (pdf)
Conclusie
Durven investeren in goed voer voor uw hennen leidt tot een optimaal rendement op lange termijn en kan zeker met onbehandelde hennen in het verschiet nog wel van doorslaggevend belang zijn voor uw bedrijf. Neem gerust eens contact op met één van onze pluimveespecialisten om uitgebreid over voer, samenstellingen en goede grondstoffen te praten.