Het streven bij elke koppel leghennen is – ongeacht het productiedoel – om zoveel mogelijk 1e soort eieren met een goede schaalkwaliteit te rapen. Om dat te bereiken, is het van belang om een aantal dingen te weten van het proces waarin de eischaal gevormd wordt.
Vitamine D3 is betrokken bij het proces dat ervoor zorgt dat de calcium door absorptie vanuit de darm en reabsorptie vanuit de nieren in de bloedbaan terecht komt en zo bij de schaalklier of de botten komt.
De vorming van de eischaal vindt plaats in de schaalklier en duurt ongeveer 16 uur. Het daarvoor benodigde calcium neemt de hen voor het grootste gedeelte rechtstreeks uit het voer op, maar dat is niet voldoende om de piek in de calciumbehoefte rond de vorming van de schaal op te vangen. In de periode dat de schaal gevormd wordt, neemt de hen ook calcium op uit de botten. De hen vult dit ’s ochtends weer aan in de botten op het moment dat er geen schaalvorming plaatsvindt. Om dit proces goed te laten verlopen, is het van belang dat de hoeveelheid calcium in het voer passend is bij de leeftijd van de hen en dat er voldoende vitamine D3 beschikbaar is. Vitamine D3 is betrokken bij het proces dat ervoor zorgt dat de calcium door absorptie vanuit de darm en reabsorptie vanuit de nieren in de bloedbaan terecht komt en zo bij de schaalklier of de botten komt.
Uit onderzoek door onder andere Proefbedrijf Geel blijkt dat het eigewicht – zeker bij witte hennen – maar voor een klein deel van invloed is op de breuksterkte van de eieren, maar dat vooral de leeftijd van de hen veruit de meest bepalende factor is in de schaalkwaliteit. Daarbij treden bij een bruine hen vaak pas na 60 weken problemen op en bij een witte na 70 weken. Na deze leeftijd neemt met name de spreiding in de eischaalkwaliteit toe. Binnen eenzelfde koppel weet de ene hen dan nog een prima ei te produceren en een ander niet.
Aandachtspunten voor de beste eikwaliteit:
- Entingen
Zorg in overleg met uw opfokorganisatie en dierenarts ervoor dat de entschema’s in de opfok passend zijn met de situatie op uw legbedrijf. Zeker bij bruine hennen kunnen IB stammen de schaalkwaliteit (blijvend) flink beïnvloeden. - Uniformiteit
Probeer koppels zo uniform mogelijk te houden. Dat begint natuurlijk al in de opfok, maar ook in de legstal. Probeer selectief eten en ontmenging van voer tot een minimum te beperken. Uniforme koppels hebben op het eind de minste spreiding in de eikwaliteit en daarmee gemiddeld betere eieren. - Fasevoedering
Schakel op tijd in de verschillende fase’s. Rond 40 á 45 weken naar fase 2 en rond 60 weken naar fase 3 en eventueel na 80 weken naar fase 4 om de calciumbehoefte gedekt te houden. - Voertijden
Let op de voertijden bij uw hennen. Draai de laatste voerbeurt van de dag maximaal 2 uur voordat de lamp uit gaat, zodat de hennen met een volle krop op stok gaan. Zorg ervoor dat er ook ’s morgens nog voer in de bakken staat of geef meteen een voerbeurt als het licht aangaat. Hiermee zorgt u ervoor dat er een constante stroom calcium uit het voer in de bloedbaan kan komen. - Calciumbronnen
Hennen zijn goed in staat hun calciumbehoefte in te schatten en het is ook uit onderzoek gebleken dat hennen meer voorkeur hebben voor calciumbronnen wanneer zij een calciumgebrek hebben. Bij oudere hennen kan het helpen om extra schelpengrit of krijt bij te voeren. Met name krijt is een zeer snel opneembare calciumbron. - Levergezondheid
Zorg voor optimaal functionerende levers bij de hennen. In de lever vindt de omzetting plaats van D3 in hydroxy D3 en daarmee is een goed functionerende lever een onmisbare schakel bij een goede eikwaliteit. - Vitamine D3
In onze legvoeders voegen wij standaard een gedeelte van de vitamine D3 toe in de gehydrateerde vorm (Hy-D) om de calcium stofwisseling te ondersteunen. Mocht het nodig zijn dan is er nog iets ruimte tot het wettelijk maximum om BS mix of extra Hy-D toe te voegen.
Bekijk bij inzet altijd eerst wat de achterliggende oorzaak is
Kijk bij de inzet van extra vitamines en calcium altijd eerst wat de achterliggende oorzaak van het probleem is, omdat het niet altijd de oplossing is. Inzet van extra calcium als toevoeging geeft ook verdunning van het voer wat weer andere consequenties kan hebben. Sectie en swabs kunnen vaak duidelijkheid geven. U kan dit altijd overleggen met uw pluimveespecialist.
Contact opnemen >