Je moet het maar durven: je loonwerk opzeggen en een gesloten biologische varkenshouderij opstarten. De familie Thijsen uit Neede durfde het aan. Met inzet van het hele gezin en vereende kracht van familie en vrienden is het gelukt. In september zijn de eerste biologische varkens geleverd.
De biologische varkenshouderij van Gerco (48) en Estelle Thijsen (50) in Neede is een echt familiebedrijf, waarin ook hun drie dochters een grote of kleinere rol hebben. De 17-jarige Michelle is de beoogde bedrijfsopvolger. Ze volgt nu nog de opleiding Veehouderij. Kylene (16, volgt een opleiding in de bouw) werkt zo nu en dan mee op het bedrijf, vooral wanneer het om bouwtechnische zaken gaat. Linette (19) werkt in de zorg en springt waar nodig bij. Ook Jan (74), de vader van Gerco, is nog dagelijks op het bedrijf te vinden. Estelle werkt vooral in de kraamstal en ook nog 20 uur buitenshuis.
De boerderij stamt uit 1927, het jaar waarin de opa van Jan er een gemengd bedrijf startte. Michelle is daarmee de vijfde generatie Thijsen als veehouder op deze plaats. In 2003 gingen de melkkoeien weg en bleven alleen 700 vleesvarkens op voergeld en 30 stuks jongvee over. Daarnaast deed Gerco loonwerk, tot oktober vorig jaar.
Keuzes
In 2018 stonden ze voor de keus: een luchtwasser plaatsen of stoppen. Michelle gaf toen al aan dat ze graag met het bedrijf wilde doorgaan. Een bezoek aan een grote biologische varkenshouderij maakte vader en dochter erg enthousiast. “Bij De Groene Weg was op dat moment alleen plaats voor een gesloten bedrijf”, verklaart Gerco. “Dat leek ons toen ook wel wat.”
De twee bestaande schuren werden verbouwd en een derde schuur bijgebouwd. “We hebben er bewust voor gekozen om de kraamstal nieuw te bouwen”, vertelt Michelle. “Die moet op-en-top in orde zijn en op je eigen manier zijn ingericht, zodat jij fijn kunt werken.”
Gekozen is voor kraam-opfokhokken, zodat de biggen bij het spenen, op 40 à 42 dagen, niet verplaatst hoeven te worden. Om de biggen al op jonge leeftijd aan elkaar te laten wennen en onrust in de vleesvarkensstal te voorkomen, zijn in de uitloop deurtjes geplaatst tussen de kraamhokken. “Anderhalve week na het spenen trekken we tussen twee hokken de deurtjes eruit en voegen we die twee tomen bij elkaar”, licht Michelle toe. “Die biggen worden in de vleesvarkensstal ook samen in één hok opgelegd. Meer mengen doen we dus niet. Gewenning en gezondheid, daar gaat het vooral om. Voor de uitloop van de kraam-opfokhokken hebben we bij de bouw al gekozen voor 50% dichte vloer, omdat dat de norm gaat worden.”
In de kleinste oude stal kwam een dragende zeugenstal (één grote groep), een dekstal voor acht zeugen en de zoekbeer, en een kantoortje. In de uitloop is een modderpoel aangelegd.
De grote vleesvarkensstal werd leeggehaald, dertig meter verlengd en naar grotendeels eigen ontwerp heringericht. Er kwamen 17 hokken, elk voor 25 vleesvarkens (twee tomen) en variabel in grootte, en een hok voor geltenopfok. Elk hok heeft vier brijbakken en buiten nog één extra drinkbak.
Omdat er natuurlijke ventilatie moet zijn, zijn in elke stal windzeilen langs de zijkant aangebracht. Bij harde wind of erge kou gaan ze naar beneden, zodat het in de stal iets warmer blijft. De kraamstal is hoog: 5,30 meter. De open nok is afsluitbaar met platen om de ventilatie te regelen.
Op 16 februari van dit jaar kwamen de eerste (drachtige) zeugen. Die zijn gelijk op biologisch voer gezet en op 16 september zijn de eerste biologische varkens geleverd. Het is een volledig gesloten bedrijf met 54 zeugen (TN 50), 475 vleesvarkens en 140 gespeende biggen in een driewekensysteem.
Voeding
ABZ Diervoeding heeft de omschakeling naar biologisch begeleid, zowel in de voorbereidingen voor het vergunningentraject voor de bouw als qua geneticakeuze van de zeugen en eindbeer. En uiteraard bij de ontwikkeling van de voerschema’s. Voeren gebeurt met een CDI. Via de computer laten ze de voerovergangen geleidelijk verlopen, zodat er zo min mogelijk verstoring is in de voeding.
Nu de eerste vleesvarkens zijn geleverd, gaat Michelle samen met Wilco Bos van ABZ Diervoeding de bedrijfsgegevens vanuit AgroVision analyseren, op zoek naar verbeterpunten. Overigens levert ABZ al 38 jaar aan het bedrijf. “De samenwerking en ondersteuning vanuit ABZ is altijd fijn geweest, hoorde ik van opa”, vertelt Michelle.
Vanaf dag 10 krijgen de biggen voer. Veel kleine porties per dag in een biggenkommetje en ook wat op de dichte vloer naast het kommetje, om het vreten aan te leren. Pas vanaf drie weken beginnen ze echt wat op te nemen. Twee weken voor het spenen krijgen de biggen al wat startkorrel bij, om vast te wennen aan het nieuwe voer.
Speendiarree is in de biologische varkenshouderij een item dat aandacht vraagt. De biggen krijgen daarom een biggenkorrel uit de Puur-lijn. Met specifieke grondstoffen, maal- en mengtechnieken en aanzuring wordt geprobeerd de darmgezondheid op hoog niveau te houden en dat gaat tot nu toe erg goed.
Biologisch boeren?
Over omschakelen naar biologisch zegt Gerco: “Het is lichamelijk iets zwaarder werk, want je moet vaker uitmesten. Maar in je hoofd werkt het een stuk plezieriger. Je hebt kleinere aantallen en veel meer binding met de dieren. Onze zeugen zijn niet gestrest als je door de stal loopt. Ze komen gewoon naar je toe, even een aai halen. Ik vind het bijzonder dat we dit bedrijf met z’n allen doen en dat ieder inspringt wanneer dat nodig is. Maar ook dat we bij de bouw hulp hebben gekregen van een grote groep vrienden van ons en van onze dochters, van jong en oud. We hebben plannen om volgend voorjaar voor hen en voor collega’s een open dag te organiseren.” Michelle vult aan: “Voor mij is het heel bijzonder dat papa vorig jaar oktober de stap heeft gezet om vanuit loonwerk weer helemaal terug te gaan naar de varkens. Een paar jaar geleden heb ik gezegd dat ik het bedrijf wilde overnemen. Ik vind het knap dat hij mij het vertrouwen heeft durven geven en heeft gezegd: ‘Ik gok erop dat ze het ook gaat doen. We gaan het gewoon proberen.’”
Videobeelden bij familie Thijsen
Onderstaand een foto-overzicht van de bedrijfsreportage bij familie Thijsen